Sommige mensen worden als rebel geboren, anderen worden pas later met hun rebelse aard geconfronteerd.

Rebellen hebben nood aan verandering. Frustratie is de beste vriend van een rebel. Frustratie is de emotie die de rebel vertelt dat het systeem niet optimaal functioneert. Dat het anders kan, en dat het anders moet.

Rebellen zijn voor hun baas wel eens "moeilijke mensen" Want die baas moet voorzichtig omgaan met zijn organisatie, en streeft ernaar zijn organisatie voor eens en altijd goed georganiseerd te krijgen.

Niet alle rebellen maken hun ambities waar, en niet alle rebelse ambities zijn een zegen voor de rebel en zijn of haar omgeving.

Maar de basishouding: het loopt niet optimaal, het kan en moet anders en beter is onmisbaar in een organisatie. En je moet ze vinden op alle plekken binnen de organisatie. Alleen zo worden frustraties ideeën, en worden ideeën geconfronteerd met, en gevormd door de realiteit van elke dag. Op die manier blijven het geen hersenspinsels maar vormen ze de basis voor verbetering.

Onder druk van externe verandering moet een organisatie met ambities zich van tijd tot tijd aanpassen. Een organisatie die dit goed doet is een flexibele organisatie.

Flexibele organisaties hebben rebellen nodig. Bij voorkeur rebellen van de "evolutionaire" soort, misschien iets minder van de "revolutionaire" soort. Rebellen die hun organisatie kunnen bespelen en hun frustraties van tijd tot tijd kunnen omzetten in ideeën, en ideeën in positieve acties die tot verbetering leiden.

Rebellen staan voor de waarde van de individuele inbreng binnen een organisatie.

Om rebellen de ruimte te geven heb je bazen nodig die dat zien en begrijpen, en die met rebellen kunnen omgaan.